CD-RECENSIE
Rembrandt Frerichs Trio – A Long Story Short
bezetting: Rembrandt Frerichs piano, harmonium; Tony Overwater contrabas; Vinsent Planjer drums
release: 2014
label: Challenge Records
Wie het nieuwste album ‘A Long Story Short’ van het Rembrandt Frerichs Trio in handen heeft, ziet in de hoesafbeelding eigenlijk in essentie al de muziek klinken: helder van structuur en zonder opsmuk. Dezelfde klassieke driehoekscompositie (misschien niet geheel toevallig óók veel toegepast door de 17e eeuwse schilder en naamgenoot Rembrandt) was, in combinatie met een strak interieur à la De Stijl, ook al te zien op de hoes van het vorige album ‘Continental’. Maar alles ziet er nu wat minder gedateerd uit: eigentijdser.
Dat deze ordelijke symmetrie elk moment verstoord kan worden bij het beluisteren van dit album wordt meteen duidelijk bij het openslaan van het cd-boekje: Frerichs die z’n ogen toeknijpt en z’n handen in z’n oren heeft gestopt, alsof de dissonanten hem om de oren vliegen. Bij het beluisteren van de krachtige openingsakkoorden (‘prepared’ piano) van het eerste nummer ‘Silberschmitt’ denk je daar nog heel even aan terug. Met een ongebruikelijke 23/8 maat, een gezonde dosis eigenzinnigheid en ritmische levendigheid wordt de toon gezet.
Het klankspectrum van het album fascineert. Ooit de klank van een Indiaas harmonium gehoord of deze in combinatie met een versleutelde (‘prepared’) piano? Maar het komt ook vooral door hun inspiratiebron Piet Mondriaan (een korte dankbetuiging in het boekje) die de kunst van het weglaten tot kunst wist te maken. Deze kunst lijkt nog wat consequenter uitgewerkt dan bij ‘Continental’ en opent de rijke klankwerelden die door de heldere structuur altijd transparant blijven, contrasteren of elkaar een enkele keer in de haren vliegen.
Zo’n contrast hoor je bij ‘Stav’ waar de volle diepte van piano en bas pas echt tot je doordringt door de bibberende harmoniumklanken. Klinkt het trio in ‘Once Upon a Time’ met een (Indiaas) harmonium en een (met een ‘beanbag’) gedempte piano bijna als een septet. Komt Bach even om de hoek kijken in het nummer ‘December’ of klinkt een rockgitaarriff op de contrabas in ‘Spring Bells’. En raak je bij het luisteren naar het nummer ‘Hedashr’ (in een beweeglijke 11/8 maat) verslaafd aan de groove: een ritme als een perpetuum mobile.
Dit fraaie album klinkt ook als een ongedwongen en compromisloze weerslag van de onderzoekslust en nieuwsgierigheid van dit trio. Het album kent geen pretentieuze bedoelingen, geen opsmuk, geen nostalgisch-romantisch verlangen naar authenticiteit en geen onbeheersbare imitatiedrang om modern en eigentijds te (willen) zijn.
Het is authentiek en eigentijds omdat het juist niet wil uitstijgen boven zichzelf of anderen. Het wil vooral zichzelf zijn; het resultaat zijn van een (gedeelde) passie voor muziek, (beeldende) kunst, poëzie of muziek uit het Midden-Oosten. Die individualiteit maakt dit album echt en uniek. Het houdt de menselijke maat. Geen kort verhaal lang, maar lang verhaal kort. Luister zelf. Punt.
www.rembrandtfrerichs.nl
Gepubliceerd op Jazzenzo