De ideeën die John Cleese deze lezing deelt over creativiteit inspireren mij om een brug te leggen met de muziek (zie ook: Hoe je meer creativiteit brengt in je dagelijkse oefenroutine 1). De 5 condities die creativiteit kunnen bevorderen kun je namelijk heel goed gebruiken om je oefenroutine om heen te bouwen.
De 5 condities zijn ongeveer als volgt:
1: “Space” (Creëer je eigen ruimte en sluit jezelf af van alle mogelijke afleidingen)
2: “Time” (Zorg voor een specifieke begin- en eindtijd)
3: “Time” (Neem de tijd voor het probleem, ga niet direct naar een oplossing)
4: “Confidence” (Niets is fout, alles is toegestaan)
5: “Humor” (Humor brengt je sneller in een open modus)
In deze blogpost de derde in de rij (“Time”).
Conditie 3: “Time” (Neem de tijd voor het probleem, ga niet direct naar een oplossing)
John Cleese noemt het Pondering Time, de tijd die je jezelf geeft om het probleem op afstand te zetten en je onderbewuste het werk te laten doen. Uitstelgedrag wordt vaak als negatief gezien, maar het kan ook in je voordeel werken.
John Cleese geeft daarvan twee voorbeelden (in deze lezing):
The first thing I observed that I was writing a sketch at night and I was stuck. And I would go to bed. And when I woke up […] not only was the solution to the problem immediately apparent to me, but I couldn’t even remember what the problem had been the previous night.
Even later merkt John Cleese op dat toen hij een script kwijt was, en het moest herschrijven op basis van wat hij zich nog kon herinneren, het een betere versie opleverde:
And what I discovered was that what I had written from memory was notabely better than the original.
Neem dus vooral afstand.
Dat is vergelijkbaar met wat Kenny Werner zegt (in ‘Effortless Mastery’ Talks at Google):
Een van de aannames die je daar in ieder geval niet bij helpt is het adagium ‘practice makes perfect’: dat je hard moet werken om het te maken of dat je minimaal 10.000 uur moet draaien om iets te kunnen. Ik ken het zelf als geen ander. Muziek maken, schrijven, als je niet oppast blijf je oefenen, verbeteren, schaven, schuren en poetsen. Het houdt je flink aan het werk, het kan je een gevoel geven van trots, maar het kan je ook moedeloos maken of je creativiteit uithollen (door perfectionisme). Door zo te werken laat je vaak geen ruimte voor creativiteit.
Oefening kan dus zelf een probleem zijn. Tijd voor een beetje pondering time.
Toen ik Free Play; Improvisation in Life and Art las van Stephen Nachmanovitch ging één van de meest interessante passages over de scheiding tussen oefening en uitvoering. In onze Westerse opvatting hebben we een scheiding aangebracht tussen oefening en uitvoering (of dat nu gaat over muziek of welke creatieve discipline dan ook). We zien oefening als een activiteit die je voorbereidt op een uitvoering, ‘the real thing’.
Nachmanovitch schrijft:
[…] if we split practice from the real thing, neither one of them will be very real.
Wanneer raakt muziek je echt? En heeft dat altijd met smaak te maken of ook met authenticiteit en communicatie?
Het probleem hier is dus die kunstmatige scheiding, dat inzicht werd me helder. Kinderen doen iets opmerkelijk wat volwassenen vaak zijn verleerd, ze kennen deze scheiding nog niet en ‘doen alsof’ ze het al kunnen. Ze kijken vooruit. Dat lijkt de meest organische manier om iets te leren. Ook in de muziek. Zelfs de grootste musici hebben deze aanpak leerde ik tijdens het lezen van interviews o.a. met Keith Jarrett.
Keith Jarrett (in een interview met Ethan Iverson):
[…] and pretend that I know how to do a solo concert, and while I’m pretending that, that’s practicing.
[…] you have to play as though it’s going be the last time. When you get more and more towards that, it’s more and more true. So you can actually do better work, because it’s real. It’s not theoretical.
Dat ‘practice makes perfect’ diepgeworteld is in onze Westerse cultuur blijkt uit deze passage uit Free Play:
The Western idea of practice is to acquire a skill. It is very much related to our work ethic, which enjoins us to endure struggle or boredom now in return for future rewards. The Eastern idea of practice, on the other hand, is to create the person, or rather to actualize or reveal the complete person who is already there.
Alles wat je doet, of dat nu een blog schrijven is, muziek maken, afspreken met een vriend of vriendin, het zijn allemaal kleine stukjes zelfverwezenlijking. Als je alles wat je doet vanuit deze intentie doet dan hoeft niets perfect te zijn. Het gaat er om dat je jezelf wordt en jezelf verwezenlijkt.
Het helpt daarbij om een doel te hebben dat muziek maken op zich overstijgt.
Kenny Werner schrijft in Effortless Mastery:
Ultimately, musicians of the world must come to realize the potential of their calling. Like the shamans, we may serve as healers, metaphysicians, inciters, exciters, spiritual guides and sources of inspiration. If the musician is illumined from within, he becomes a lamp that lights other lamps. […] such music is truly important’. ‘When the artist is immersed in service, giving himself up over and over again, another paradox occurs: he is being seen by all others as a master.
Volgt:
Conditie 4: “Confidence” (Niets is fout, alles is toegestaan)
Conditie 5: “Humor” (Humor brengt je sneller in een open modus)