Creatief denken is tegenwoordig een handig hulpmiddel voor van alles en nog wat. Wat er meestal onder verstaan wordt is niet zozeer een manier van denken (ondanks de suggestie die het wekt) maar bepaalde tools, spelregels, stappen, technieken of interventies die ons denken uitdagen. Een soort van ontdenken, omdenken of losdenken.
Maar creatief denken als een denkactiviteit zien is wat verraderlijk.
Je kunt namelijk niet zeggen: “Ik ga nu even creatief denken.”
Wil je je creativiteit ontwikkelen dan geloof ik dat het er in de eerste plaats niet om gaat om creatief te leren denken, maar om anders te leren denken over creativiteit. Dat is nogal een verschil. En daarin zit naar mijn idee het onderscheid zoals Einstein het eens omschreef:
We can’t solve our problems with the same level of thinking that created them.
Einstein ging ook niet creatief denken, hij ging piano spelen of pijp roken of uit het raam staren.
Als je bedenkt dat je denken over creativiteit zélf de blokkade kan zijn dan denk je pas echt out of the box.
Wat is je relatie tot creativiteit? Welke aannames heb je over creativiteit?
Een van mijn favoriete lezingen die hierover gaat is van schrijver Elizabeth Gilbert. Ze verheldert in deze lezing wat de consequenties zijn van onze individuele benadering van creativiteit. Wij denken over creativiteit in termen van individualiteit – jouw stem, jouw expressie, jouw kunstwerk, jouw talent, jouw genie. Een opvatting die sinds de Renaissance is ontstaan en een paar eeuwen oud is. Ze laat zien dat de Grieken en Romeinen een geheel ander idee hadden over creativiteit. En vermoedelijk één die je meer helpt in je artistieke of creatieve ambities.
… en vooral ook in je denken over creativiteit.