Boeddhisme als Thaise levensstijl

In een land als Thailand kun je hier niet om heen. Het is zo verweven met de cultuur, overal zie je de uiting ervan: rijk versierde tempels, diepe buigingen naar een Boeddha-beeld, het wederzijdse respect naar elkaar. En misschien ook wel de glimlach. Ik heb het over het boeddhisme.

Nu ik de afgelopen dagen in Chiang Mai heb vertoefd heb ik veel mogelijkheden kunnen pakken om m’n kennis over het boeddhisme te verrijken. Zo deed ik mee aan een meditatiedag, ging ik in gesprek met (jonge) monniken of zocht ik de verkoelende omgeving van musea op.

Met monnik Phra KK die de meditatiedag leidde

De meditatiedag was reuze interessant. Het werd geleid door een monnik met een goed gevoel voor humor. Als je ze op straat ziet lopen kan de drempel hoog zijn om even een praatje te maken. Maar dat viel hier helemaal weg. Ik ben inmiddels ingeleid in een van de oudste vormen van meditatie (Vipassana), weet nu hoe je een wandelmeditatie doet of een zittende.

Eergisteren kon ik met een aantal jonge monniken chatten over wat hen dreef en hoe hun dagelijkse routine eruit ziet. Want die is toch wel echt anders dan onze Westerse dagindeling. Ze staan rond 5 uur op, gaan elke ochtend met hun aalmoeskruik op pad, ze eten 2 maaltijden (slaan het diner meestal over), en hebben in de ochtend en vanaf 18.00 meditatie.

Na een chat met 2 jonge monniken (“novices”)

Een beginnende monnik moet zich aan zo’n 10 regels houden en een meer “senior” monnik heeft er al snel zo’n 200. Ik vroeg hen wat de opbrengst is van het afgezonderde op meditatie gerichte en aan regels gebonden leven. Het sterkt hen in het oplossen van blokkades, barrieres en problemen in het leven. En dat is dan in het boeddhisme vooral geestelijk. Gedachten en gevoelens van haat, woede, afgunst, boosheid, hebzucht, e.d. kunnen het leven ontwrichten. Deze jonge monniken leren hiermee om te gaan. Ze kiezen ervoor om het boeddhisme te integreren in hun leven. Ik vond dat mooi om te horen van deze jonge gasten. Wij slikken daar pillen voor, maken afspraken met de psycholoog, gaan te rade bij de sectie zelfhulpboeken of clubjes of komen er te laat achter en raken verstrikt in een burn-out.

En er is niets gewijds of serieus aan het boeddhisme of tempels. Misschien is dat iets wat ik zelf ben gewend als het gaat om religie. Nu ik een meditatiedag heb gedaan is de afstand tot het boeddhisme gelukkig wat verkleind. Monniken hebben veel humor, bij tempels kwam ik deze kermisachtige attracties tegen (heb geen idee wat er uit de speakers komt, maar komisch vind ik het wel).