Het licht uit …

Eerder tekende ik de palm van mijn hand volgens de manier hoe Kimon Nicolaides het eens omschreef in zijn boek The Natural Way to Draw (1941). Zonder te kijken naar je eigen tekening – je kijkt alleen naar het object dat je tekent – probeer je voor 5 minuten de contouren en lijnen na te tekenen. Omdat je niet mag kijken naar je eigen tekening kun je niet controleren wat je doet (en of je het goed doet). Je zogenaamde linker hersenhelft (de rationele, controlerende helft) zet je even buiten spel.

Laatst vertelde iemand me dat ze het wel eens met haar kinderen deed. Een vel papier, een (kleur)potlood, het licht uit en dan een object noemen (teken een huis, pop of iets anders). Pas als het licht weer aan gaat zien de kinderen wat ze hebben getekend. En dat is natuurlijk een grote verrassing!

Maar de kans dat je een stukje vrijheid ervaarde in het donker is ook groter.

Ik doe de tekening soms ook met een ander op een “verveeld” moment. Als er ergens een vel papier is en een potlood dan is het leuk om te doen en het erna even over te hebben. Wat gebeurde er? Eigenlijk vraag je dan: wat gebeurt er als je je linker hersenhelft even voor 5 minuten buiten spel zet?

En daar gaat ook dat spel over met die kinderen in het donker.