Leren is leuk en kan inspireren en je zelfvertrouwen geven, maar kan op momenten ook wat uitzichtloos zijn. Als we bijvoorbeeld langzamer vooruitgang boeken dan we willen, kan dat ons teleurstellen. Maar we kennen ook allemaal het gevoel van enthousiasme als we ergens aan beginnen, de energie en nieuwsgierigheid stuwt ons voort.
Het hangt er ook van af hoe we leren zien. Zien we het als een constante vooruitgang of is het grilliger? Hoe ziet leren er eigenlijk uit? Zo …, zo … of toch zo …?
De eerste is gewoon te mooi om waar te zijn. Alsmaar vooruitgang, wie wil dat niet? Maar stel je voor als het even tegenzit. Denk je dan niet ‘eigenlijk zou ik meer vooruitgang moeten boeken’, ‘wat doe ik verkeerd’? Het kan je dus flink in de weg zitten.
De tweede ziet er al iets realistischer uit. Vooral ook omdat we allemaal wel het beginnersenthousiasme herkennen. In de psychologie staat deze leercurve bekend als het Duning Kruger-effect (en De Leerkuil van James Nottingham lijkt er naar mijn smaak erg op).
De derde is noch een steile leercurve, noch een hoge piek met erna een dal, maar een redelijk vlakke nogal saaie bedoening met af en toe een sprongetje erin. Oftwel het verschil tussen ‘plateau’ en ‘doorbraak’; de meeste tijd bevinden we ons op die uitgestrekte (soms uitzichtsloze) vlakte waar weinig lijkt te gebeuren, en dan ineens kan er zich iets voordoen waardoor we even een sprongetje maken, soms uit blijdschap, soms omdat puzzelstukjes in elkaar vallen of omdat we ons een stukje laten meevoeren.
Het ding is dat we ons de langste tijd op deze uitgestrekte vlakte bevinden. Daar zit een uitdaging voor de meesten van ons die resultaat willen en misschien denken in termen van ‘discipline’ om daar te komen én er ligt een kans om de weg naar echt meesterschap te leren ontdekken: ‘op de mat’ te blijven en te leren genieten van het doen, genieten van de oefening, van het moment en het proces.
Dan wordt leren pas echt leuk en inspirerend! ?